Ik liep afgelopen vrijdag langs ons tuinschuurtje, en toen viel mijn ook op een grote wesp die rond mijn eco-toilet zwermde, en uiteindelijk via het uitgezaagde hartje naar binnen vloog. Wij gebruiken het eco-toilet al een tijd niet meer omdat we in de kleine woning een normale toilet met spoelwater hebben, dus we komen niet vaak meer in het kleine aanbouwhokje. Toen ik de deur opende zag ik tot mijn verbazing een aanzienlijk bouwwerk tegen de muur onder een plank zitten.
We hebben al eerder Hoornaar wespen gezien, dus het was al snel duidelijk voor mij: een Hoornaar nest. Zij maken een komvormig nest van vermolmd hout dat de wespen zo mengen met speeksel dat ze er een kartonachtig bouwwerk van kunnen maken. En onder die kom zie je duidelijk de honingraatstructuur waarin het broed zit waar de jonge hoornaars uit moeten komen.
De Hoornaar is weliswaar groter dan de gewone wesp, en de koningin helemaal, en als ze rondvliegen zijn ze imponerend, maar ze zijn doorgaans minder lastig dan gewone wespen, omdat ze niet van boterhammen met jam houden. Het zijn rovers, die veel andere insekten buitmaken, met name voor het jonge broed.
Maar als je te dicht bij het nest komt, dan willen ze toch wel laten weten wie er de baas is, en dat je beter weg kunt blijven. Met een duikvlucht direct uit het nest recht op je af en dan met kleine cirkels om je heen. Dan ga je toch gauw een eindje verderop staan.
Overigens schijnt de steek van een Hoornaar bijzonder pijnlijk maar niet meer gevaarlijk te zijn dan een gewone bijen- of wespensteek.
Dat levert wel het dilemma op of we het nest moeten laten weghalen. Voorlopig hebben we er niet zoveel last van als we niet te dicht in de buurt komen. En het is wel bijzonder, deze Hoornaars te gast te hebben. Laten we het maar proberen. Onze imker Hajo maakt zich wel een beetje zorgen, als het er straks duizenden zouden kunnen worden, en ze misschien het bijenvolk gaan plunderen als er niet genoeg meer te eten is in het najaar. We gaan het zien.